Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [12]Afgezonderd onder de doden, gelijk de verslagenen, die in het graf liggen, die Gij niet meer [13]gedenkt, en zij zijn afgesneden van Uw hand. 12. Hebr. gevrijd; dat is, afgezonderd; te weten, van de levenden, gelijk men de melaatsen, naar de wet Gods, Lev.13:46, van de bijwoning met andere mensen pleegt af te zonderen; zie 2 Kon.15:5. 13. Te weten, om hen in deze wereld weder te brengen; Job 7:7, en Job 10:21.